TNO adviseert om
extra aandacht te besteden aan een actievere leefstijl, gecombineerd met het
tegengaan van langdurig zitten. Het aantal Nederlanders dat voldoende beweegt
groeit niet meer en de Nederlander zit steeds meer uren per dag. Langdurig
achtereen zitten blijkt ongezonder dan vaak gedacht, ook als je dagelijks
voldoende minuten beweegt. Verhoogde sterfte en een verhoogde kans op diverse
chronische ziekten zijn de gezondheidsrisico’s hiervan.
“Er zit al jaren
nauwelijks beweging in de beweegcijfers. Er is zelfs sprake van achteruitgang,
omdat we steeds meer op de bank blijven zitten. Met name de cijfers van
jeugdigen zijn alarmerend, zeker als je beseft dat de invloed van te weinig
bewegen op bijvoorbeeld de levensverwachting groot is. Te weinig bewegen levert
gezondheidsrisico’s op die qua omvang vergelijkbaar zijn met die van roken. Wereldwijd
kunnen we miljoenen doden voorkomen als we inactieven weten te stimuleren
voldoende te bewegen. Voor Nederland zijn dat naar schatting ruim 8.000
sterfgevallen, ofwel circa 6% van het totaal aantal sterfgevallen.”
BELANG VAN EEN
ACTIEVE LEEFSTIJL
Langdurig achtereen
zitten is ongezond, dat is bekend. Minder bekend is dat het zelfs ongezond is als je daarnaast wel voldoende beweegt.
BEWEEGNORMEN
Volwassenen moeten
volgens de norm ten minste 5 dagen per week 30 minuten minimaal matig intensief
bewegen (= 2 1/2 uur) of 3 dagen per week ten minste 20 minuten intensief te bewegen. Bij
jeugdigen is de norm 7 dagen per week ten minste 60 minuten bewegen (= 7 uren).
Bij de jeugdigen
(4-17-jarigen) voldoet minder dan de helft (45%) aan de beweegnorm. Bij
volwassenen voldoet ongeveer twee derde (67%) aan de beweegnormen en ruim de
helft van de ouderen (55%) voldoet aan de norm. Vooral jongeren van 12 tot 17
jaar onderscheiden zich ongunstig: zij zitten op een vrije dag gemiddeld 5,9
uur, waaronder veel achter de computer. Dat is ruim één uur meer dan 65-plussers!
GA TOCH FIETSEN, MENSEN!!!!!
Conclusies uit TNO rapport: “Trendrapport bewegen en gezondheid”
Conclusies uit TNO rapport: “Trendrapport bewegen en gezondheid”